Fodor’s Travel Guides plaatste Oman in zijn Fodor’s Go List 2015 en omschrijft het land als: ‘Een klein, puur land op het Arabische schiereiland met een aanbod aan authentieke cultuur, prachtige natuur en luxe hotels’. The New York Times zette het Sultanaat op nummer 20 van de 52 Places to Go in 2015 lijst die zij eind 2014 publiceerde. Bovendien tipte reisgidsenreeks Rough Guides in haar top 10 cities 2015, Nizwa als must-go.

Als zoveel gerenommeerde titels het land aanbevelen, dan kun je toch niet anders dan zelf op onderzoek uit gaan? Voor Ikvliegveel.com verzamelde ik vijf tips voor Oman.

1. Muscat

Muscat heeft geen wolkenkrabbers of andere hoge gebouwen. Het meest indrukwekkende gebouw in de hoofdstad van Oman is de Grote Sultan Qaboes Moskee. Aan de buitenkant schittert het gepolijst marmer je tegemoet. De tegels op de grond, warmen je voeten, als je zonder schoenen (verplicht) het complex bezoekt. Alles staat tot elkaar in verhouding, de minaretten, de deuren, de prachtige doorkijkjes, fantastisch. Shop je souvenirs bij elkaar op de Mutrah souk, koel af tijdens een relaxed boottochtje op een authentieke houten dhow of aanschouw tijdens de opera niet alleen het spel op het toneel maar ook de architectuur van dit bijzondere Opera gebouw.

2. Nizhwa

Heb je plannen om Nizhwa te bezoeken, ga dan beslist op vrijdag. Elke vrijdag is namelijk in Nizhwa de geitenmarkt, maar ook ander vee wordt verhandeld. Je moet er vroeg je bed voor uit, maar dan heb je ook wat. Mannen gehuld in witte dishdasha’s komen van heinde en ver met de veestapel naar deze plek om handel te drijven. Nizhwa en haar markt is tevens de plek – ik zag ze elders in het land namelijk niet – om bedoeïenen vrouwen met hun typische maskers te aanschouwen. De naastgelegen souk is de perfecte combinatie tussen authentieke handel en souvenirstalletjes. Ben je dan toch hier, sla dan het nabij gelegen fort zeker niet over.

3. Al Bustan Palace

Het Al Bustan Palace is oorspronkelijk gebouwd als een paleis voor de Sultan van Oman. Thans is het een hotel van Ritz-Carlton. Het biedt degene die er een kamer neemt, luxueuze elegantie gecombineerd met spectaculaire Arabische architectuur, voorzien van moderne technologie. En de traditionele Omaanse gastvrijheid ontbreekt er vanzelfsprekend ook niet. Het Al Bustan Palace ligt aan de golf van Oman, in een groene oase. Ik sliep hier  jammer genoeg niet, maar legde er een middag aan voor de lunch. Een topper op vorstelijk niveau.

4. Ga de woestijn in

Met een 4×4 terreinwagen met chauffeur kun je met een gerust hard de verharde wegen achter je laten voor een potje dune bashing. Voordat ik met mijn ervaren bestuurder het mulle zand in ga, houden we even halt bij een auto werkplaats. “Wat lucht uit de banden, dat is beter in de woestijn,” verklaart Amur, mijn chauffeur, me. Zo’n zandheuvel oprijden valt nog niet mee. De eerste keer moeten we vlak voor de top te bereiken in de berg onze meerdere erkennen. Amur is echter niet voor een gat te vangen en laat zich door wat opgestapelde zandkorrels niet op z’n kop zitten. Via een alternatieve route, stuiterend en zandhappend, bereiken we de top van de vlakte.

De nacht breng ik door in het Arabian Oryx camp, waar ik een eenvoudige, als bedoeïenen-tent ogende, bungalow betrek. En voor diegene die het zich afvragen: ja, er is een normaal toilet en zelfs een douche met (beperkt) warm water in mijn tijdelijk onderkomen aanwezig. Persoonlijk vond ik mijn verblijf in de woestijn het hoogtepunt van het bezoek aan Oman.

5. Geniet van de gastvrijheid

De Omani zijn enorm vriendelijk. Niet gemaakt vriendelijk omdat ze je iets willen verkopen, nee, oprecht vriendelijk aangezien ze het een eer vinden dat je hun land bezoekt. Geniet van deze gastvrijheid: je komt ze nog maar op weinig plekken in de wereld tegen.

Was jij al eens in Oman? Wat is jou het meeste bij gebleven?